home  

Opdrachtgever Stichting Het Groene Lint / 2018-heden

De vraagstelling:
Ontwerp een lint van natuurlijke elementen langs een 24 km lange wandelroute (in ontwikkeling) in het bekendal tussen Eindhoven en Eersel. Een lint dat de belevingswereld van de wandelaar prikkelt en aansluit bij actuele ontwikkelingen in natuur- en groenbeheer.

het Groene Lint: leidraad voor een wandelroute


In mijn ontwerp wordt langs delen van de route een eigenzinnige heg aangelegd; deze heg zoekt een weg door het landschap en meandert daarbij van boom naar boom.
De heg bestaat uit een diversiteit aan inheemse bomen en struiken die in een specifiek patroon zijn aangeplant en na een aantal jaren in een specifieke stijl zullen worden gevlochten.

Heggenvlechten is een oud ambacht, recent weer gewaardeerd en in 2015 uitgeroepen tot immaterieel erfgoed. Om het vee binnen het weiland of juist buiten de akkers te houden werden vroeger stammen en takken van bomen en struiken tot een ondoordringbare heg gevlochten.
In Vlaanderen bestaan nog minstens 6 verschillende vlechtstijlen waaronder de kruishaag. In Engeland zijn wel 30 verschillende vlechtstijlen van het hedgelaying bewaard gebleven. "De vlechtstijl hing samen met het type vee dat werd gehouden, de soorten struiken en bomen die in een streek goed groeiden en de noodzaak van boeren om het snoeihout voor brandhout, bouwhout of veevoeder te gebruiken". *
Vanaf de Eerste Wereldoorlog zijn vrijwel alle vlechtheggen in Nederland vervangen door prikkeldraad.
Alleen in de uiterwaarden van de Maas zijn gevlochten heggen, de Maasheggen, nog op grote schaal aanwezig.

In de Groene-Lint-Vlechtstijl vormt de zwarte els een steeds terugkerende soort. De zwarte els is een kenmerkende boom in het bekendal tussen Eindhoven en Eersel. De Latijnse naam voor els is 'alnus', afgeleid van 'alor amne'; ik word door de stroom verzorgd. De els wordt gemengd met een grote variatie aan inheemse struiken, zoals zwarte bes en veldesdoorn onderin het beekdal, Gelderse roos en meidoorn langs de weidepercelen, sporkehout en hulst in de hoger gelegen beboste delen.

Een gevlochten heg is goed voor de biodiversiteit. Insecten, reptielen en kleine zoogdieren kunnen er in wonen, schuilen en voedsel vinden en zich verplaatsen van het ene naar het andere gebied. Kleine vogels vinden in de dichtgevlochten takken voedsel, bescherming en broedgelegenheid. Ook de wandelaar vindt er eetbare vruchten (bessen, bramen, hazelnoten). Waar de heg is is veel leven; vogels, vlinders, bijen...

Met de hernieuwde belangstelling voor biodiversiteit en groene beplantingslijnen in het landschap kent Nederland weer een aantal professionele heggenvlechters die het ambacht nieuw leven inblazen.
Bij de aanleg van de heg worden scholieren en omwonenden betrokken. Voor hen zullen een aantal cursusdagen heggenvlechten door professionele heggenvlechters worden georganiseerd.

In 2020 is begonnen met de aanleg op het deelgebied Eersel.
Foto's: Jeanette Vermeulen/Stichting Het Groene Lint, Lex Roeleveld, Annet Bult

*Heggenvlechten en Haagleiden in Nederland en Vlaanderen, pagina 15